Landjepik

Onteigenen is een vorm van keihard overheidsingrijpen. Je wordt simpelweg verplicht om je bezit te verkopen vanwege een of ander vaag omschreven algemeen belang. Geen wonder dat veeboeren te hoop lopen, nu onteigening van land een ‘onvermijdelijk’ onderdeel van het stikstofbeleid lijkt te worden.

Maar tegelijkertijd is het ook een doodnormaal instrument. Het Kadaster deed onlangs onderzoek naar de inzet van grondonteigening sinds 1995. Het middel werd maar liefst 5388 maal ingezet. Dat is bijna vier keer per week, 27 jaar lang. Het grootste deel van de onteigeningen betrof landbouwgrond. In totaal werd er van iedere duizend hectare één onvrijwillig opgekocht, vooral ten behoeve van infrastructuur en woningbouw, maar ook voor natuurcompensatie.

Landjepik door de staat blijft een grof middel om maatschappelijke doelen te bereiken. Laten we in de stikstofdiscussie echter niet doen alsof het ongebruikelijk of onrechtmatig is. Koop de veehouders bij kwetsbare natuur liever vrijwillig uit, de miljarden liggen klaar. Maar als dat niet lukt moet onteigening ook mogelijk zijn, want zo doen we dat al vele jaren.

FD