Welzijn meten is een prima idee. Maar hoed je voor politici die Nederland gelukkiger willen maken

Mannen zijn gelukkiger dan vrouwen. Mannen ervaren vaker positieve emoties, ze voelen zich kalmer en zijn minder zenuwachtig dan vrouwen. Dit is niet de uitslag van een internetpoll van de Viva, of een pseudo-intellectuele observatie van zelfbenoemd vrouwenkenner Thierry Baudet. Nee, het is de conclusie van een grondig onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Althans, het is de conclusie die de persafdeling van het CBS uit het dikke rapport Welzijn in Nederland tilde. Handig gedaan, het bericht zette internet deze week kortstondig in vuur en vlam. Maar tegelijkertijd is het een beetje sneu voor de onderzoekers, want zij streven veel hogere doelen na met hun werk. Door nauwkeurige meting van het welzijn van de Nederlandse bevolking willen zij een nieuwe visie ontwikkelen op vooruitgang, die verder gaat dan het meten van het bruto binnenlands product (bbp).

Nieuwe indicator
Het CBS sluit daarmee aan bij een rapport dat economen Joseph Stiglitz en Amartya Sen in 2009 schreven voor de Franse regering. Ook zij zochten naar een welvaartsbegrip dat verder ging dan het bbp, en pleitten voor meting van het welzijn van de bevolking, om de ware economische prestaties en sociale vooruitgang te meten.

Het CBS-rapport gaat dus wel even verder dan de simplistische vaststelling dat vrouwen een tikje zenuwachtiger zijn dan mannen. Men heeft een nieuwe indicator voor welzijn ontwikkeld: de Persoonlijke Welzijnsindex (PWI), waarmee uiteindelijk de verschillen in gelukbeleving tussen Nederlanders en de veranderingen in de tijd in kaart kunnen worden gebracht. Een prachtig streven, maar ik voel ook argwaan opkomen.

Premature conclusie
Over die argwaan verderop meer. Eerst gaan we lekker grasduinen in de resultaten. Allereerst valt op dat geld wel degelijk gelukkig maakt. Nederlanders met een hoger inkomen hebben een hogere Persoonlijke Welzijnsindex. Hetzelfde geldt voor mensen met veel vermogen: zij scoren een hogere PWI dan arme Nederlanders. Opvallend is wel dat de armste 25% van de Nederlanders (in termen van vermogen) net iets gelukkiger is dan de op een na armste 25%. Misschien zijn mensen met een beetje geld dus minder gelukkig dan mensen met vrijwel niets. Maar dat is ongetwijfeld een premature conclusie.

Schermafbeelding 2015-11-15 om 22.17.43

Verder zijn inwoners van Drenthe en Overijssel vaker gelukkig dan inwoners van Groningen en Zeeland. Autochtonen zijn gelukkiger dan allochtonen. En wie vaak z’n familie ziet, veel sport, een koopwoning bezit en niet rookt, heeft een hogere PWI dan de stilzittende, rokende huurder zonder familiecontact. Goede gezondheid is uiteraard positief voor het welzijn, net als een hoge opleiding, een normaal gewicht en dagelijkse ontmoetingen met vrienden en buren. Ook economische zelfstandigheid en regelmatig een vakantiereisje maken gelukkig. Het zijn interessante resultaten, maar ze zijn niet bepaald hemelschokkend.

Prozac
Op twitter reageerde econoom Lex Hoogduin op de gelukscijfers dan ook met een simpele vraag: “En nu?” Twee korte woorden vol argwaan. Terechte argwaan, wat mij betreft. Want met alle gelukcijfers in de hand, is het wachten op de eerste politicus die denkt dat hij het welzijn van de Nederlanders kan sturen. Ga vaker langs bij vrienden, stop met roken en ga sporten, koop een huis (bij voorkeur in Drenthe) en bel vaak aan bij je buren. Zo maken we Nederland gelukkiger. Persoonlijk griezel ik van het idee dat politici maximaal geluk voor alle Nederlanders gaan nastreven. Voor je het weet schijven ze je voor hoe je moet leven en mengen ze Prozac in het drinkwater. En voor je het weet komt er iemand op het idee om te klagen over de ongelijke verdeling van geluk.

O, help! Dat doet men al. Achter in het CBS-rapport staat een analyse van de welzijnsongelijkheid in Europa. Nederland doet het netjes, met weinig verschil tussen de meest en minst gelukkige 20% van de bevolking. Klinkt goed, maar waarom is het erg als geluk ongelijk is verdeeld? Iedereen heeft recht op gelijke kansen, niet op gegarandeerd geluk.

Schermafbeelding 2015-11-15 om 22.18.02

Het is prima om welzijn te meten. Maar dan alleen als check of het traditionele economische beleid geen ongewenste negatieve effecten heeft op het welzijn van Nederlanders. PWI moet een controlevariabele zijn. Nooit een doelvariabele.