Beste consumenten van Nederland, waarom bent u opeens zo somber?

Een half jaar geleden leek het nog alsof de roze brillen gratis waren. Toen de enquêteurs van het Centraal Bureau voor de Statistiek vroegen hoe Nederlanders aankeken tegen de economische en financiële situatie, waren de antwoorden opvallend positief. De meeste Nederlanders vonden het zelfs een prima moment om grote uitgaven te doen. ‘Koop die nieuwe auto, koop dat huis’, had premier Mark Rutte in 2013 geroepen. Vijf jaar later leken zijn woorden eindelijk aangekomen te zijn.

Maar aan het einde van de warme zomer van 2018 begon de stemming te keren. Eerst langzaam, en naarmate het einde van het jaar naderde al sneller. Het cijfer voor het consumentenvertrouwen daalde van 25 naar 9. In de eerste maand van het nieuwe jaar zette de daling versneld door en kwam het vertrouwen uit op een magere 1. Er zijn in Nederland nu nauwelijks nog meer optimisten dan pessimisten. ‘Grootste daling van het consumentenvertrouwen in ruim zeven jaar’, schreef het CBS deze week. Nederlanders zijn minder positief over de economie, over hun eigen portemonnee en minder mensen vinden het een gunstig moment om grote aankopen te doen.

Waarom de lange gezichten? Is het de btw-verhoging? Het lage tarief ging begin dit jaar van 6% naar 9%, en dat was in de maanden daarvoor voor politici en commentatoren reden om de stormbal te hijsen. Appels en kiwi’s zouden veel duurder worden, waardoor een gezonde levensstijl voor Nederlanders met een klein budget buiten bereik kwam. Men gaf nog net geen waarschuwing voor een nationale scheurbuikepidemie, maar de woede over de btw-verhoging werd wel vakkundig opgestookt. Rond dezelfde tijd kwamen er berichten over hogere energierekeningen en onbetaalbare klimaatplannen naar buiten. Verzekeringen van het kabinet dat de koopkracht van de meeste Nederlanders – ondanks de hogere btw en energieheffing – toch zou stijgen, kregen veel minder aandacht. Geen wonder dat de Nederlandse consument zich wat onzeker begon te voelen

En er was eind 2018 nog veel meer om je als consument zorgen om te maken. De AEX dook onder de 500 punten, de handelsoorlogen van Trump liepen uit de hand en in het Verenigd Koninkrijk werd een plotselinge brexit zonder afspraken en zonder transitieperiode een serieuze optie. Berichten over een groeivertraging in China, de Gele Hesjes in Frankrijk, begrotingsruzies met de Italianen en een flinke productiedaling in de Duitse auto-industrie deden de rest. Het is een wonder dat het CBS überhaupt nog optimistische consumenten wist te vinden.

Of eigenlijk ook niet. Want terwijl de kranten vol stonden met Haagse relletjes en internationale onheilstijdingen, was het nieuws voor de consument over het algemeen juist gunstig. Voor wie met een nuchtere blik naar de cijfers van 2018 en de voorspellingen voor 2019 kijkt, is de instorting van het consumentenvertrouwen moeilijk te begrijpen.

Door de krapte op de arbeidsmarkt beginnen de lonen te stijgen. In de marktsector ging het gemiddelde uurloon vorig jaar met 2,7% omhoog. Dit jaar verwacht het Centraal Planbureau (CPB) zelfs 3,5%. Tegelijkertijd gaat de inkomstenbelasting omlaag en gaan toeslagen en belastingkortingen omhoog. Per saldo resulteert dat in een flinke stijging van de koopkracht in 2019. Voor huiseigenaren zit er nog meer in het vat: nadat de huizenprijzen in 2018 met 8% stegen, komt daar in 2019 naar verwachting nog eens 6% bij.

Tegelijkertijd blijft de werkloosheid ook in 2019 dalen en neemt het aantal banen verder toe. Zzp’ers zullen in 2019 weer meer uren kunnen factureren, verwacht het UWV. Dat zou het vertrouwen van consumenten toch moeten stutten.

Alleen als Nederland in 2019 onverwacht in een recessie belandt, is het lage consumentenvertrouwen met terugwerkende kracht te begrijpen. Analisten en economen die ik de afgelopen tijd sprak, zien wel een vertraging van de groei, maar voorspellen nog zeker geen recessie. Misschien zitten de experts er allemaal naast, en voelt de consument de toekomst het best aan. Maar ik zelf hou nog even vertrouwen in een goede afloop.

(FD)