Geloof in inflatie

In 1999 was het nog: inflatie onder de 2%. Vier jaar later werd het: inflatie onder, maar dicht bij de 2%. Vanaf deze week is het: inflatie van 2%, liever niet hoger, maar ook liever niet lager.

Volgens het EU-Verdrag moet de Europese Centrale Bank zorgen voor prijsstabiliteit. Letterlijk: inflatie van nul procent. Maar omdat monetair beleid meer geschikt is om stijgende prijzen te beheersen dan om dalende prijzen te bestrijden, koos men er bij de introductie van de euro voor om wat hoger te mikken: tot 2% inflatie moest kunnen.

Volgens de nieuwe ECB-strategie is dat maximum nu het doel geworden. Men gaat voortaan mikken op 2%. Als de inflatie daar een tijd onder heeft gelegen, mogen de prijzen ook best een tijd harder stijgen.

Maakt dat wat uit? Dat hangt helemaal van ons af. Inflatie wordt bepaald door verwachtingen; als wij denken dat het echt 2% gaat worden, zullen we de prijzen en lonen daarop aanpassen.

Bij de ECB hoopt men met de nieuwe strategie het signaal af te geven dat het ze menens is. Maar als wij niet geloven in die 2%, kunnen zij daar weinig aan doen.

Uiteindelijk bepalen we de inflatie dus zelf.

FD