Ik haal het World Economic Forum uit mijn jaarlijkse Lijst der Lijsten. Nee, niet omdat de overlegclub uit Davos een geheime wereldregering van reptielmensen zou zijn die de burger wil onderwerpen. Integendeel. Juist omdat het WEF meebuigt met de wil van het volk, verdwijnt de Global Competitiveness Index (GCI) van deze denktank uit mijn jaarlijks overzicht van de beste landen ter wereld.
Dat zit zo. Al een paar jaar wordt de GCI niet meer berekend. Het waarom is niet duidelijk, maar ik durf wel te gokken dat men in Davos liever niet meer geassocieerd wordt met de harde wereld van concurrentie en kracht. Men heeft het liever over ‘transities’ en ‘rechtvaardigheid’.
En dat is jammer, want deze indicator voor de concurrentiekracht, voor een groot deel gebaseerd op enquêtes onder de top van het internationale bedrijfsleven, maakte al sinds de eerste Lijst der Lijsten die ik opstelde in 2016, deel uit van de berekening. De laatste jaren gebruikte ik de stand van 2020. Maar vanaf nu niet meer.
We gaan door met vier in plaats van vijf indicatoren. Gelukkig is er nog wel de Global Competitiveness Ranking van businessschool IMD. Voor de innovatiekracht van landen hebben we de Global Innovation Index. En voor de bredere visie op welvaart de Human Development Index, al is de update daarvan dusdanig vertraagd dat ik die van vorig jaar gebruik. De lijst met gelukkigste landen uit het nieuwe World Happiness Report maakt de vier indicatoren compleet.
Kampioen innovatie
Zoals voorgaande jaren voer ik geen ingewikkelde berekeningen uit: de plaats op de Lijst der Lijsten wordt simpelweg bepaald door de som van alle vier ranglijsten. Nummer 1 krijgt één punt, nummer 2 twee, et cetera. Het land met de minste punten wint.
En dat land is dit jaar weer Zwitserland. De Zwitsers blijven kampioen innovatie en hebben de hoogste ‘human development’. Het Zwitserse geluk is wel gedaald: van plaats 4 naar 8 op de Happiness-ranglijst. Bij concurrentiekracht verloren ze ook een plek. Desondanks blijft Zwitserland het beste land ter wereld.
En Nederland? Wij moeten naast Zwitserland nog twee landen laten voorgaan. Net als vorig jaar staat Nederland achter Denemarken en Zweden. Nummer 5 Finland kruipt al dichter naar ons toe. Op de ranglijst voor innovatie zakte Nederland van plaats 5 naar 7. Den Haag geeft graag hoog op over onze kenniseconomie en innovatieve bedrijven, en de zevende plaats is natuurlijk geen slechte score, maar de trend is omlaag.
Op de ranglijst voor concurrentiekracht steeg Nederland wel iets: van 6 naar 5. Desondanks is de algemene trend niet goed. In 2018 en 2019 stonden we (teruggerekend, dus zonder de WEF-indicator) op plaats 2, en kon Nederland zich het op één na beste land ter wereld noemen. Nu halen we voor het tweede jaar de top 3 niet meer. Als Finland de opmars doorzet tuimelen we straks uit de top 4.
Den Haag lijkt zich hier nauwelijks van bewust. De lasten voor bedrijven moeten omhoog, roepen veel partijen deze verkiezingen. Andere willen het Groeifonds afschaffen, de belasting voor expats verhogen en kennismigratie afremmen. Het huizentekort wordt niet aangepakt door meer te bouwen, maar door minder werknemers uit het buitenland toe te laten. Alsof dat geen prijs heeft. Het vertrek uit Nederland van hoofdkantoren van Shell, Unilever en DSM wordt eerder gevierd dan betreurd. Vestigingsklimaat is geen verkiezingsthema. Bestaanszekerheid van bedrijven is geen thema. Daar gaan we spijt van krijgen.
Schrale troost: andere landen dalen nog sneller. Duitsland tuimelde op onze lijst van plaats 8 naar 11. Het Verenigd Koninkrijk daalde zelfs naar plaats 17. Met dank aan de brexiteers.
De grote stijgers van 2023 zijn Noorwegen, IJsland en vooral Ierland. Dat laatste land gaat met stip van 15 naar 9, vooral dankzij een plotselinge tweede plaats op de ranglijst voor concurrentiekracht. Van de exit van het buurland heeft Ierland duidelijk geen last.
En dan is er ons eigen buurland, België. Ieder jaar vraagt een journalist van de Knack mij vriendelijk om de Belgische plaats op de Lijst der Lijsten. En telkens moet ik hem teleurstellen met een lage plaats, 19de of 21ste. Maar in 2023 stormt België de top 15 in, dankzij grotere concurrentiekracht en meer innovatievermogen. België is nu het op veertien na beste land ter wereld. Ga zo door!