Koopkrachtpraatjes

Stel, u heeft een baan waarmee u €45.000 bruto verdient. Uw partner heeft even geen werk en krijgt een uitkering van €25.000. Verder bestaat uw gezin uit twee kinderen. Vraag: met hoeveel gaat uw koopkracht in 2018 omhoog? Het antwoord: met slechts één euro per maand.

Dat is in elk geval het minuscule bedrag dat uit de speciale rekenmodule van het Nibud rolt. Deze ‘Koopkrachtberekenaar 2018’ staat sinds deze week op de website van de budgetvoorlichter. Het Nibud prijst zijn rekentool als volgt aan: ‘Wat gebeurt er met uw koopkracht? Met onze Koopkrachtberekenaar gaat u dat snel en eenvoudig na voor uw huishouden.’

Prachtig toch? Een paar muisklikken en je weet als huishouden precies waar je aan toe bent in 2018. Voordat de vakantie wordt geboekt, voordat het nieuwe bankstel wordt uitgekozen, eerst even snel en eenvoudig de Koopkrachtberekenaar invullen voor een grondige analyse van de financiële mee- en tegenvallers die het gezin dit jaar te wachten staan.

Het klinkt te mooi om waar te zijn. En dat is het ook. Het Nibud heeft voor honderd denkbeeldige voorbeeldgezinnen de koopkracht doorgerekend. Wie de module invult krijgt te zien op welk gezin zijn huishouden het meeste lijkt. Maar werklozen die in 2018 een baan vinden, werkenden die promotie maken of meer uren gaan draaien, en zzp’ers die hun winst zien stijgen? Ze hebben allemaal niets aan de Koopkrachtberekenaar, want de Nibud-gezinnen maken dat soort veranderingen per definitie niet mee.

Dat schrijft het Nibud er trouwens in de kleine lettertjes netjes bij: ‘Huishoudens zullen zich nooit helemaal herkennen in de voorbeelden.’ Maar die nuance is verdwenen als de rekenmodule aan de buitenwereld wordt gepresenteerd. ‘Nibud waarschuwt voor te veel optimisme: koopkracht blijft achter’, luidt de titel van het persbericht. En de eerste zin luidt: ‘De koopkracht voor de meeste Nederlanders gaat er in 2018 nauwelijks op vooruit.’ De kranten maakten daar vervolgens van: ‘Nibud: koopkracht neemt nauwelijks toe.’ Het Dagblad van het Noorden kopte zelfs stellig: ‘Niemand voelt dat de economie groeit.’

Dat slaat natuurlijk nergens op. Het aantal mensen met inkomen uit werk schiet dit jaar omhoog. Carrières die in de crisis waren vastgelopen, maken een doorstart. Ondernemers schrijven facturen tot hun handen pijn doen. Heel veel mensen voelen dit jaar dat de economie groeit. Alleen de onveranderlijke voorbeeldgezinnen van het Nibud merken er weinig van.

Het Centraal Planbureau (CPB) maakt ook statische koopkrachtberekeningen, vergelijkbaar met die van het Nibud. Op die manier probeert men de macro-economische effecten van overheidsbeleid inzichtelijk te maken. Maar het CPB waakt er voor om deze berekeningen op individuele Nederlanders los te laten. Statische koopkrachtplaatjes zijn geen geschikt instrument voor persoonlijk budgetadvies. Juist het Nibud zou dat moeten weten.

(FD)