Er worden weinig kinderen geboren in Nederland. En juist veel in Nigeria. ‘Dat gaat geopolitiek consequenties hebben’, waarschuwde Pieter Omtzigt deze week. De NSC-leider vertelde niet welke gevolgen dat zijn. Hij sprak ook niet onomwonden uit dat het geboortegetal in Nederland omhoog moet, laat staan dat hij inging op de vraag hoe de overheid het kindertal zou moeten beïnvloeden. Maar het zaadje was geplant, dus het ‘debat over demografie’, zoals Omtzigt het noemde, kan beginnen.
Ik zie niet direct waar dat debat over moet gaan. Niet over arbeidsmigratie, in elk geval. Want hoewel Omtzigt anders leek te suggereren: met meer kinderen los je de personeelstekorten niet op. In elk geval niet in de eerste 20 tot 25 jaar; dan zijn er juist meer mensen nodig voor zorg en onderwijs. Vergrijzing vraagt tegelijkertijd juist om meer zorgpersoneel. De ‘groene druk’ op laten lopen terwijl de ‘grijze druk’ juist snel aan het stijgen is, zal de arbeidsmarkt en de draagkracht van de collectieve sector nog meer onder druk zetten.
Een onderzoek in ESB laat bovendien zien dat moeders in de eerste zeven jaar na de geboorte van hun eerste kind bijna 50% minder uren gaan werken (de werkweek van mannen krimpt slechts een paar procent). Nog minder arbeidsaanbod, dus. Conclusie: pas in de tweede helft van deze eeuw is er een positief effect van hoger kindertal te verwachten.
Maar een debat kan natuurlijk altijd gevoerd worden. Er zijn genoeg landen waar natuurlijke groei van de bevolking een zaak is van continue beleidsdiscussie. Laten we het Nederlandse debat daarom aftrappen met wat feiten.
Allereerst: daling van het geboortegetal is niet iets recents. Het gebeurde eind jaren zestig, begin jaren zeventig, niet toevallig kort na de uitvinding van ‘de pil’, al is dat lang niet de enige verklaring.
In Nederland daalde het gemiddelde aantal kinderen per vrouw van 3,2 in 1963 naar 1,6 twaalf jaar later. En daar is het in de halve eeuw daarna eigenlijk rond blijven hangen. Tijdens de recessie begin jaren tachtig was er een duidelijke dip onder 1,5 kind per vrouw. En tijdens de economische hoogtijdagen in de tweede helft van de jaren tachtig steeg het cijfer weer naar ruim 1,7. In 2009 en 2010 werd zelfs bijna de 1,8 aangetikt.
Economie speelt een rol bij de beslissing om kinderen te nemen. Crisis en recessie zorgen in de regel voor minder baby’s, zo blijkt ook uit internationaal onderzoek. Geen wonder dat in de nasleep van kredietcrisis, eurocrisis, coronacrisis en koopkrachtcrisis het kindertal weer wat afnam.
Een nieuw laagterecord werd vorig jaar bereikt: 1,4 kind per vrouw. Dat is waar Omtzigt op is aangeslagen. Maar wat hij misschien vergat, is dat twee jaar eerder, in 2021, er juist sprake was een klein geboortegolfje. Een ‘babyboom tijdens corona’ noemden onderzoekers dat. We zaten samen thuis en hadden weinig te doen, dus dan krijg je dat. Daar kon het crisisgevoel blijkbaar niet tegenop.
Vooral bij vrouwen die makkelijk thuis konden werken, nam het aantal geboorten toe. En dan vooral ook als ze een vaste baan hadden, zo blijkt uit onderzoek. Zo speelde ook hier economie toch een rol.
Dat het aantal kinderen twee jaar na 2021 een dieptepunt bereikte, kan heel goed het gevolg zijn van de babyboom dat jaar. De baby’s kwamen simpelweg wat eerder dan zonder pandemie. De recente daling hoeft dus geen nieuwe trend te zijn.
Wel een duidelijke trend is dat Nederlandse vrouwen op hogere leeftijd hun eerste kind krijgen. Dat cijfer ging van 24 jaar in 1970 naar 30 jaar nu. Vrouwen nemen langer deel aan onderwijs en streven een carrière na. Dat ziet ook Omtzigt hopelijk als iets positiefs. Vaak worden ook genoemd: jongeren krijgen moeilijk een vast contract, kinderopvang is duur en de huizenmarkt krap. Daar zou het kabinet wel iets aan kunnen doen.
Voor een econoom ongrijpbare culturele aspecten zullen zeker ook een rol spelen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat eerstegeneratiemigranten gemiddeld meer kinderen krijgen dan autochtonen. Voor de kinderen en kleinkinderen van migranten loopt het kindertal veel meer in de pas.
Voor Omtzigt een lastige: wie meer baby’s wil, zou eigenlijk meer nieuwe migranten moeten binnenlaten.
FD