Trump de mercantilist

Als Donald Trump eenmaal president is, zal het allemaal wel meevallen. Dan wordt hij ingekapseld door de Republikeinen en zal zijn gezonde verstand het winnen van zijn impulsieve karakter. Ik hoopte er stilletjes ook op. Tegen beter weten in, want sinds deze week is het zonneklaar dat de volgende president van de Verenigde Staten absoluut niet van plan is zijn verkiezingsretoriek te matigen.

Trump gaf een interview aan twee journalisten van het Duitse boulevardblad Bild en van de Britse Times. Nou ja, die laatste krant had niet echt een journalist gestuurd, maar Michael Gove, de conservatieve parlementariër, oud-staatssecretaris van onderwijs en leider van de Britse Leave-campagne. Kort na het brexitreferendum was Gove zelfs in de running als opvolger van de aftredende premier David Cameron.

Niet bepaald de interviewer die je naar Trump stuurt voor een zeer kritische bevraging. Maar dat was dan ook niet de bedoeling. De aankomende president mocht ongestoord zijn half doordachte en ophef veroorzakende stokpaardjes berijden. De Navo is overbodig, Angela Merkel blundert, de Europese Unie is mislukt en andere landen zullen het voorbeeld van de brexit volgen, oreerde Trump. Speciaal voor autofabrikant BMW had hij de waarschuwing: produceer je auto’s in de VS of betaal een importheffing van 35%.

Dat laatste dreigement vat Trumps houding ten opzichte van internationale samenwerking en vrijhandel misschien wel het beste samen. ‘Produce in America, hire Americans’, luidde een van zijn verkiezingsslogans. Bedrijven die in het buitenland produceren zijn fout en moeten worden gestraft, binnenlandse productie zorgt voor banen en import vernietigt Amerikaanse welvaart. Protectionisme zal Amerika weer groot maken.

Met dat standpunt zet Trump de klok een paar eeuwen terug. Hij redeneert als een achttiende-eeuwse mercantilist. Het mercantilisme was lange tijd leidraad voor het economische beleid in Europese landen. Het gaat er daarbij om zoveel mogelijk in eigen land te produceren en naar de rest van de wereld te exporteren. Zo stroomt er per saldo geld (vroeger in de vorm van goud) naar jouw land toe, en daarmee groeit je economische en politieke macht. In de kern is het mercantilisme gebaseerd op het misverstand dat de wereldeconomie een ‘zero sum’ is. Wat jij pakt, krijgt een ander niet en omgekeerd.

Voor een zakenman als Trump is dat een logische gedachtegang. Waar Trump zijn zoveelste gouden hotel bouwt, kan een andere projectontwikkelaar dat niet meer doen. Maar op macroschaal werkt de economie heel anders. Bijvoorbeeld omdat twee hotels meer toerisme naar de stad trekken dan een. Of omdat een BMW geproduceerd in Mexico goedkoper is voor Amerikaanse autokopers, die dan geld overhouden voor andere zaken. Specialisatie, vrije markten en open grenzen zorgen voor welvaart. Ouderwets mercantilisme niet. Maar dat zal Trump niet willen horen.

(FD)