Hysterisch landje

‘Sliertentikkertje’ zo noemden wij het vroeger op school. Een variant van tikkertje waarbij iedereen die wordt getikt, zich aansluit bij de sliert. Hand in hand vormen deelnemers een al langer wordende ketting, jagend op de al schaarser wordende prooi.

Het spel was vooral spannend voor kinderen aan de buitenkant. Zo maakten zij op een nogal confronterende manier kennis met het concept van de middelpuntvliedende kracht. Als de sliert een bocht nam, zwaaiden zij woest uit. Nietsvermoedende kleutertjes werden rücksichtslos omver geveegd en soms eindigde het spel met een pijnlijke botsing tegen een muur.

Waarom deze nostalgie? Omdat ik, toen ik  de nieuwe Nederlandse groeicijfers (2017 3e kwartaal) zag, meteen dacht: sliertentikkertje. Wij zijn het buitenste kind van de sliert. Als de Europese economie beweegt, vliegt Nederland de bocht uit. Toen het buitenland vertraagde, in 2011 en 2012, schoot Nederland direct in een recessie — de tandarts had er jaren werk aan. Nu de Europese economie herstelt, schiet Nederland uit de startblokken. Het buitenland houdt ons handje stevig vast, en slingert ons het schoolplein rond.

Onze economie groeide in het derde kwartaal met 3% op jaarbasis. Dat was iets minder dan een kwartaal eerder, zegt de kniesoor. Maar 3% is gewoon erg goed. Het was weer vooral de export die de economie vaart gaf. Maar de groeiende export maakt ook dat bedrijven weer investeren, terwijl de snel gestegen werkgelegenheid de consument zowel het geld als de moed geeft om meer uit te geven. Als het goed gaat in Nederland, dan gaat het meteen ook erg goed.

Dat is fijn in goede tijden, als Nederland zich gillend van pret laat meevoeren. Maar vroeg of laat verandert de sliert van richting, en knallen we weer tegen de muur. Daar zouden we in de huidige goede tijden iets aan moeten doen.

Maar wat? We zijn nu eenmaal een open economie en worden altijd meegesleurd door het buitenland. Grenzen sluiten voor een meer stabiele conjunctuur is onzin. Wat we wel kunnen doen is de interne dynamiek minder hysterisch maken.

Onze huizen- en hypotheekmarkt versterken nu de conjunctuur, omdat huiseigenaren zoveel lenen dat ze bij iedere daling van de huizenprijs of stijging van de rente, direct gaan bezuinigen. Het pensioenstelsel maakt de economie volatiel omdat daling van beurskoersen en rente leiden tot lagere uitkeringen en hogere premies. De overheid, ten slotte, bezuinigt in slechte tijden en gaat flink uitgeven als ‘het geld tegen de plinten klotst’.

In het regeerakkoord staan impopulaire maatregelen, zoals verlaging van de hypotheekrenteaftrek en hervorming van het pensioen, terwijl de nieuwe minister van Financiën belooft vooral op de rem te gaan staan.

Voordat u daar boos over wordt, denk dan aan dat buitenste kind in de sliert. En aan die stenen muur.