Gedeeltelijke lockdown, gedeeltelijke crisis?

De tweede golf kwam toch. De maatschappij moest weer ‘gedeeltelijk’ op slot en de grendel werd telkens nog een beetje verder dichtgeschoven.

Bedrijven die de eerste golf en de ‘intelligente’ lockdown nog konden overleven, komen nu in doodsnood. Banken die in het voorjaar nog automatisch uitstel van betaling gaven, worden een stuk kritischer. Het aantal faillissementen zal oplopen, net als de werkloosheid.

Dat klinkt allemaal niet best. Wordt dit de genadeklap voor de economie? Zou kunnen, maar ik houd hoop. Uitgaande van de huidige situatie, zijn er ook veel zaken die een stuk beter gaan dan in het rampzalige tweede kwartaal.

Bijvoorbeeld het feit dat juist in Nederland de tweede golf zo heftig is. We waren (met België en Tsjechië) zelfs even de coronahotspot van de wereld. Dat is natuurlijk niets om trots op te zijn, maar het betekent wel dat onze internationaal opererende bedrijven in de industrie en handel, ditmaal minder last hebben. De inkoopmanagersindex voor de industrie bleef in november in het groen. Die voor het eurogebied als geheel belandde deze maand zelfs op het hoogste peil in ruim twee jaar – vooral door een sprong omhoog in Duitsland.

‘Zodra de scholen dicht gaan, begint de economische schade echt.’

Belangrijk daarbij is dat de Chinese economie weer aardig op gang is gekomen. Tijdens de eerste golf stokte de productie en het transport van onderdelen naar Europa, waardoor bedrijven hier niet konden produceren. Die aanbodschok lijkt nu te ontbreken.

Wat gaat er nog meer beter dan in het tweede kwartaal? De winkels blijven tot nu toe open – of in elk geval tot acht uur ’s avonds, waardoor de consumptie grotendeels door kan gaan. Je kunt nog gewoon naar de Bijenkorf en naar Ikea (graag wel met een mondkapje op). Het enorme stuwmeer aan besparingen dat in het voorjaar ontstond, kan blijven leeglopen.

Ook de scholen zijn open, en het lijkt erop dat het kabinet dat tegen bijna elke prijs zo zal willen houden. Terecht, want schoolsluitingen zijn niet alleen rampzalig voor de ontwikkeling van kinderen, maar ook nog eens buitengewoon slecht voor de economie. Als de kinderen thuis zijn, kunnen ouders niet of nauwelijks werken. Wie voor zijn werk op pad moet, blijft thuis om op te passen. En thuiswerkers worden klassenassistent en krijgen geen werk meer gedaan. We wisten het al uit economische onderzoek naar bijvoorbeeld sars in Azië: zodra de scholen dicht gaan, begint de economische schade echt.

Faillissementen, werkloosheid en andere ellende, we krijgen het heus wel over ons heen. Maar zo hard als de klap in het tweede kwartaal was, wordt ‘ie in het vierde kwartaal hopelijk niet. Vingers gekruist.

(FD)