Economen zijn verrassend eensgezind over herstel Nederlandse economie

Het IMF is weer somberder geworden. Volgens de laatste editie van de World Economic Outlook, groeit de wereldeconomie volgend jaar minder snel dan eerder gedacht: geen 4%, maar 3,8%.

Dat komt vooral door — u raadt het al — trage groei in Europa. Het eurogebied zal in 2015 met slechts 1,3% vooruit kruipen. Dat is 0,2 procentpunt minder dan het IMF een half jaar geleden nog voorspelde.

Maar het kan nog erger worden. Het IMF rekende uit dat de kans op een derde recessie in Europa maar liefst 40% is. Deflatie, bezuinigingen, oninbare schulden, zwakke banken, aarzelend optreden van de Europese Centrale Bank; er gaat maar weinig goed in het eurogebied. Nederland kan zich aan deze euromalaise niet onttrekken. Ook voor ons land verlaagde het IMF de groeiraming met 0,2 procentpunt, naar 1,4%. Wat een ellende!

Eensgezind
Ellende? Zo’n snelle groei hebben we sinds 2011 niet meer gehad. De sombere IMF-economen zitten met hun groeiraming voor Nederland keurig tussen de verwachtingen van andere economen. Voor 2015 verwacht het CPB een groei van 1 ¼%. Zowel de Europese Commissie, de Oeso als het economisch bureau van ING verwachten 1,3%. ABN Amro en Rabobank voorspellen een groei van 1,5%.

Schermafbeelding 2014-10-21 om 18.00.27

Met een verschil van slechts een kwart procentpunt tussen de meest pessimistisch en meest optimistische groeiraming, zijn de economen verrassend eensgezind. Bovendien zijn de voorspellingen de afgelopen tijd behoorlijk stabiel geweest. In de ramingen van maart, juni en september voorspelde het CPB telkens 1,25% groei. De gestage bijstelling omlaag, die we in de voorgaande jaren steeds zagen, bleef deze keer uit. De crisis in Oekraïne ontvlamde, ebola brak uit en Isis rukte op, maar uit de CPB-modellen rolde telkens weer 1,25% groei in 2015.

De collega economen van De Nederlandsche Bank zijn niet minder optimistisch. De DNB-conjunctuurindicator staat op het hoogste punt in ruim twee jaar en voorspelt aantrekkende groei in de komende kwartalen.

Schermafbeelding 2014-10-21 om 18.00.48

Dichtbij
Toch komt het slechte nieuws de laatste weken dichterbij. Italië zit in een recessie, Frankrijk groeit niet meer en zelfs de Duitse motor lijkt af te slaan. De Duitse industrie produceerde in augustus 3% minder dan een jaar eerder en heeft een procent minder orders in portefeuille. Duitse bedrijven zagen hun export in augustus met bijna 6% dalen. De groeiramingen voor Duitsland zijn inmiddels verlaagd.

Maar ook deze slechte berichten kunnen het optimisme onder Nederlandse economen niet breken. Het economisch bureau van ABN Amro schreef woensdag opgewekt: ‘We gaan ervan uit dat de economie ook in het vierde kwartaal en daarna verder groeit.’ Rabobank-economen meldden donderdag dat volgend jaar in alle economische sectoren sprake zal zijn van groei.

Valt dit optimisme te rijmen met al het slechte nieuws van de afgelopen tijd? Toch wel. Allereerst omdat volgend jaar naar verwachting de binnenlandse vraag weer aantrekt. De werkloosheid daalt, de koopkracht stijgt en de huizenmarkt trekt aan. Consumenten durven daardoor weer geld uit te geven. In de bouw is sprake van een inhaalslag, na de verloren crisisjaren. En ook bedrijven lijken eindelijk weer te gaan investeren. Nederland is voor de groei in 2015 voor het eerst niet meer volledig afhankelijk van het buitenland.

Daarnaast komt er niet alleen slecht nieuws uit het buitenland: de euro is goedkoop en de olieprijs is laag. Die twee factoren bieden tegenwicht aan de Duitse tegenvallers en internationale onrust.

Kanttekening
Zijn er dan helemaal geen economen die somberen over Nederland? Jawel, bij de Oeso zitten er een paar. Zij berekenen maandelijks de zogenoemde Leading Indicator. Dat is een potpourri van verschillende indicatoren, waarmee de Oeso omslagmomenten in de conjunctuur probeert te voorspellen. De leading indicator voor Duitsland schoot afgelopen maand omlaag. Maar ook die voor Nederland begint gevaarlijk omlaag te buigen.

Schermafbeelding 2014-10-21 om 18.00.38

Nee, dat bewijst niet dat de Nederlandse economen te optimistisch zijn. Daarvoor is deze Oeso-indicator zelf ook te weinig betrouwbaar. Wat het wel zegt is dat de relatief optimistische verwachtingen voor 2015 buitengewoon fragiel zijn. We gaan spannende maanden tegemoet.