De arbeidsmarkt boekt drie records tegelijk. Maar waar zijn al die bankiers gebleven?

Nog nooit sinds de stichting van het Koninkrijk de Nederlanden — of beter: nog nooit sinds de Bataafse Republiek… Nee, opnieuw: nog nooit sinds de Batavieren bij Lobith in holle boomstammen de Rijn afzakten, was de werkgelegenheid in ons land zo hoog als nu.

Volgens de laatste cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) werken er in Nederland nu 9.018.000 mensen (gecorrigeerd voor seizoenseffecten en inclusief zzp’ers). Dat is het officiële aantal ‘werkzame personen’ in het eerste kwartaal van dit jaar. Nooit eerder in de Nederlandse geschiedenis waren er zoveel mensen aan het werk.

Het aantal banen ligt op een nog hoger peil, want sommige mensen hebben meer dan één baan. In het eerste kwartaal kwam het aantal banen uit op 10,121 miljoen. Alweer: een absoluut record. In de herfst van 2016 passeerden we voor het eerst de grens van 10 miljoen banen en sindsdien heeft de toename alleen maar doorgezet.

3238 miljoen uur

Maar zijn dat dan niet vooral kleine baantjes, hoor ik u denken? Half Nederland werkt in deeltijd en flex- en nulurencontracten rukken op. Mis. Want niet alleen het aantal mensen met werk en het aantal banen is hoger dan ooit, hetzelfde geldt voor het totaal aantal gewerkte uren. In het eerste kwartaal van 2017 werkten we met z’n allen 3238 miljoen uur. Ook dit getal was voor Nederland nog nooit hoger.

Drie records op de arbeidsmarkt. Dat klink geweldig, maar het mocht natuurlijk ook wel weer eens. Het begin van de crisis ligt inmiddels al weer een klein decennium achter ons en het aantal inwoners dat kan en wil werken (de beroepsbevolking) is sinds begin 2008 met pakweg een half miljoen toegenomen. Zonder de kredietcrisis en de dubbele-dip-recessie die daarop volgde waren de records nu ongetwijfeld een stuk hoger geweest.

Schermafbeelding 2017-07-04 om 11.24.48

Schermafbeelding 2017-07-04 om 11.25.37

Miezerige percentages

Waar staan dan we nu, pakweg negen jaar na het begin van de crisis? Het aantal mensen met werk is 1,5% hoger dan in het eerste kwartaal van 2008. Het aantal banen is met 2,5% gestegen en we werkten in de eerste drie maanden van dit jaar 1,6% meer uren dan in hetzelfde kwartaal in 2008. Dat zijn stuk voor stuk miezerige percentages voor zo’n lange periode. De arbeidsmarkt is hersteld, maar wel na een decennium van stagnatie.

Wie dieper in de cijfers kijkt ziet echter dat er geen sprake is van stagnatie, maar juist van ongekende dynamiek. Want terwijl het totale aantal werkzame personen sinds 2008 slechts een beetje is gestegen, waren de verschuivingen tussen sectoren juist bijzonder groot. Op sectorniveau ziet de arbeidsmarkt er anno 2017 heel anders uit dan negen jaar geleden.

Veel minder bankiers

In sommige sectoren is de werkgelegenheid enorm gestegen, dwars door de crisis heen. Dat geldt — niet verrassend — vooral voor de techsector. In 2008 werkten er 263.000 mensen in de ICT, inmiddels is dat 291.000, bijna 11% meer. Ook in de cultuur- en recreatie kwamen er banen bij: in deze sector werken nu 6,5% meer mensen dan voor de crisis.

De gezondheidszorg is een andere groeisector. Terwijl het in Den Haag alleen maar ging over bezuinigen en zowel oppositie als de zorgsector zelf, moord en brand schreeuwde, steeg het aantal werkenden in de zorg met 6,5%. Hetzelfde geldt voor het onderwijs waar de arbeidspool met ruim 4% groeide.

In andere sectoren was er juist sprake van groot baanverlies. Bijvoorbeeld bij het openbaar bestuur en overheidsdiensten. Daar daalde het aantal werkenden met zo’n 13.000 personen, omgerekend 2,6%. Tijdens de bezuinigingen sneed de overheid dus vooral in het eigen vlees.

De industrie zag het aantal werkenden met 8,8% afnemen, waarschijnlijk door een combinatie van recessie, de-industrialisatie en robotisering. In de bouw was het verlies aan werkgelegenheid met bijna 15%, nog hoger. Maar de grootste klap werd gevoeld bij de banken. Er werken nu maar liefst 19,9% minder mensen in de financiële sector dan in 2008.

Meer verplegers en meer onderwijzers, maar veel minder bankiers. Er zitten toch wel positieve kanten aan zo’n kredietcrisis.

(FD)