Arbeidsmigranten dempen de conjunctuur en helpen zo de autochtone bevolking

We moeten over migratie praten. Dat doen we namelijk niet genoeg, vindt hoogleraar Europese Studies en publicist Paul Scheffer. Vooral over de harde feiten praten we niet genoeg. Hij schreef een essay voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) waarin hij vraagt om een speciale regeringscommissie die een ‘deltaplan’ voor het migratiebeleid zou moeten maken.

Die regeringscommissie is er nog niet, maar over migratie wordt wel volop gepraat, sinds het verschijnen van het essay. Niet altijd op basis van harde feiten, overigens. Nadat demograaf en oud-CBS-er Jan Latten een bevolkingsprognose van de Verenigde Naties uit de la haalde en erop wees dat Nederland aan het einde van deze eeuw wel eens 24 miljoen inwoners zou kunnen tellen, waarvan een flink deel van buitenlandse afkomst, ging de discussie vooral over de gevaren van een nieuwe bevolkingsexplosie.

Tijdens de Algemene Beschouwingen deden CDA en VVD daar enthousiast aan mee. Dat het meest waarschijnlijke scenario van de VN juist uitgaat van een kleine bevolkingskrimp in Nederland, kwam daarbij op de een of andere manier niet aan de orde. Maar goed, er wordt in elk geval over migratie gesproken.

Graag draag ik ook een feit aan. Een feit dat in het WRR-essay niet wordt genoemd, maar onder economen algemeen bekend is: arbeidsmigratie kan de conjunctuur dempen. Het stabiliseert de economie. Mensen trekken weg uit landen en regio’s in recessie, waardoor de werkloosheid daar vermindert, en gaan naar landen en regio’s met hoogconjunctuur waar ze de arbeidsschaarste dragelijker maken. Dat is althans de theorie.

Maar het blijkt in de praktijk ook echt zo te werken. Onlangs publiceerden drie Italiaanse economen een onderzoek naar de mate waarin arbeidsmigratie de pijn van de financiële crisis over de landen in het eurogebied heeft gespreid. Dit onderzoek is niet alleen van belang voor de migratiediscussie, maar ook voor die over de werking van de monetaire unie. Sinds de invoering van de euro zijn er geen wisselkoersen meer om economische verschillen tussen lidstaten op te vangen. Het idee was altijd dat arbeidsmigratie een deel van die rol zou kunnen overnemen.

Uit het onderzoek blijkt dat dit inderdaad het geval is: migratie helpt bij het verminderen van conjuncturele verschillen tussen lidstaten en draagt zo bij aan het stabiliseren van de eurozone. Maar op basis van de ruwe cijfers die de onderzoekers gebruikten, valt dat niet meteen te concluderen. De grafiek hierboven geeft de gemiddelde, jaarlijkse, netto migratie weer tussen 2007 en 2016. Er is een onderscheid gemaakt tussen migratie uit een andere EU-lidstaat en migratie van buiten de EU.

Dat Duitsland de meeste netto-migratie uit de EU kende in deze periode, lijkt logisch. Dat land was vrij snel uit de crisis, en de lage werkloosheid trok arbeiders uit met name Oost-Europa aan. Maar een land als Italië herstelde niet snel, en zag toch een grote toestroom van migranten uit andere EU-landen. Naast de economische omstandigheden zijn er blijkbaar veel andere factoren die de migratiestromen verklaren.

Met slimme statistische methoden slagen de onderzoekers erin om deze factoren uit te filteren, zodat ze de conjuncturele redenen voor migratie toch kunnen vaststellen. Hun eindconclusie is duidelijk: arbeidsmigranten laten zich wel degelijk sturen door conjuncturele verschillen. Door te verhuizen naar plaatsen waar werk is en te vertrekken uit gebieden met hoge werkloosheid, helpen ze om de gevolgen van economische schokken te dempen. Dat geldt voor arbeidsmigranten die in een EU-land zijn geboren, maar ook voor migranten die van buiten de EU komen. Beide groepen bewegen veel makkelijker tussen lidstaten, dan mensen die wonen en werken in het land waar ze geboren zijn.

Die autochtone groep heeft dus een duidelijk voordeel bij de aanwezigheid van minder gewortelde migranten: zij zorgen voor lagere werkloosheid in recessielanden en minder krapte in gebieden met hoogconjunctuur. Kan de regeringscommissie van Scheffer daar misschien ook een alinea aan wijden?