De tegenstemmer wint

In de Europese Unie wonen 505 miljoen mensen. Daarvan zijn 11 miljoen (2,2%) Belg. Van die Belgen wonen er 3,5 miljoen (0,7% van de EU-bevolking) in Wallonië, of beter: in het Waals Gewest, de bestuurlijke eenheid in de zuidelijke helft van België. Van die Walen brachten er 1,9 miljoen (0,4%) hun stem uit tijdens de Waalse parlementsverkiezingen in 2014. Van hen stemden er 943.000 op de PS, (de socialistische partij) of de cdH (de christendemocraten). Dat is 0,19% van alle inwoners van de EU.

Op basis van dat minuscule mandaatje besloot de Waalse regering (PS en cdH) namens 505 miljoen Europeanen het handelsverdrag met Canada op te blazen. De Waalse minister-president Paul Magnette sprak na een stemming in het Waalse parlement over dit CETA-verdrag zijn veto uit over ondertekening door België. Gaat hij daar dan over? Blijkbaar wel. In de bestuurlijke spaghetti van België — met drie gewesten, drie gemeenschappen en een federale overheid, ieder met een eigen parlement en regering — is er altijd wel een bestuurslaag te vinden die tegen stemt. Nee zeggen is in zo’n federatie nu eenmaal veel eenvoudiger dan ja.

Op Europees niveau speelt hetzelfde probleem. De Waalse tegenstem vertaalt zich met een beetje pech in een Belgisch nee tegen CETA, waardoor de hele Europese Unie tegen de Canadezen moet zeggen: sorry, maar we zijn bij nader inzien toch tegen vrijhandel met jullie, want 0,19% van onze bevolking heeft tegen gestemd. Alsof 17 miljoen Nederlanders een besluit laten vetoën door de 32.000 inwoners van het Gelderse Epe of Zuid-Hollandse Maassluis.

Bij het schrijven van deze column waren de Europese ministers van handel nog in bespreking bijeen, om te kijken of de Walen toch niet aan boord zijn te krijgen. Eurocommissaris Cecilia Malmström is naar eigen zeggen al dagen bezig om ‘hun zorgen te begrijpen en ze tegemoet te komen’. Slijmen bij een piepkleine minderheid is dagelijkse kost voor een eurocommissaris, want wie tegenstemt is de baas in Europa.

Opvallend trouwens hoe stil al die criticasters van de EU zijn tijdens deze gênante vertoning.

Altijd de eerste om te wijzen op de democratische tekortkomingen van de EU, maar als een gewestelijk parlementje alle democratisch gekozen parlementen en regeringen van de lidstaten buiten spel zet, hoor je ze niet.

Nee zeggen is veel te gemakkelijk in Europa. De tegenstemmende minderheid wint het meestal van de voorstemmende meerderheid. Dat is buitengewoon zonde, want, om uit het boek De Omgekeerde Wereld van een bekende Waalse politicoloog te citeren: ‘Europa is, ondanks haar gebreken, de grote politieke horizon van de volgende decennia en de belangrijkste reden tot hoop. Europa is het tegengif voor nationalisme.’ Wie dat schreef? Juist: Paul Magnette, minister-president van het Waalse Gewest.